18jul

Het verschoningsrecht: de hoeksteen van de rechtsstaat

Het verschonings­recht is een van de belangrijkste thema’s waar algemeen deken Robert Crince le Roy zich de afgelopen tweeënhalf jaar voor heeft ingezet. Vanuit verschillende kanten werd er aan het verschonings­recht getornd. Opsporingsdiensten gingen net even te ver met hun waarheidsvinding en de politiek probeerde het verschonings­recht in te perken. Crince le Roy over het belang van het verschonings­recht en de verant­woordelijk­heid van de advocaat in dat kader.

'Het verschonings­recht is de hoeksteen van de rechtsstaat. Het is er voor de rechtzoekende,’ aldus Crince le Roy. ‘Die moet erop kunnen vertrouwen dat alles wat hij of zij met een advocaat deelt, geheim is én geheim blijft. Dit is een absolute voorwaarde voor adequate rechtsbijstand door een advocaat. Voor advocaten is het verschonings­recht de kern van hun vak, maar dat is blijkbaar niet voor iedereen duidelijk. Dat er van verschillende kanten aan wordt getornd, heeft mij ten zeerste verbaasd.’ Hij doelt daarmee onder andere op de amendementen in de Tweede Kamer die auditief toezicht bij overleg tussen de advocaat en zijn gedetineerde cliënt mogelijk wilden maken. De Afdeling advisering van de Raad van State oordeelde daar uiteindelijk over dat de amendementen een inmenging op de vertrouwelijke communicatie tussen advocaat en gedetineerde vormen en onverenigbaar zijn met de Grondwet, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en het Unierecht.

Robert 0M5A2046 - 260pxAlgemeen rechtsbeginsel
In 1985 heeft de Hoge Raad in de Notaris Maas-beschikking bepaald dat het verschonings­recht van beroepsbeoefenaren met een vertrouwenspositie is gebaseerd op een in Nederland geldend algemeen rechtsbeginsel, dat door alle wetten en regelingen heen werkt. Het belang dat de waarheid aan het licht komt, is ondergeschikt aan het maatschappelijk belang dat iedereen vrijelijk en in vertrouwen met een geheimhouder kan praten, zoals een advocaat. Dit karakter van het verschonings­recht wordt in de praktijk miskend. Crince le Roy heeft dit als algemeen deken de afgelopen tweeënhalf jaar ervaren. ‘Op het moment dat er een inbreuk wordt gepleegd op het verschonings­recht wordt daarmee de rechtsstaat ondermijnd. Dat is onaanvaardbaar.

Uitzonderlijke omstandigheden 
De Hoge Raad heeft ook een aantal zaken verduidelijkt de afgelopen jaren. Zo werd er door het Openbaar Ministerie en de advocatuur verschillend gedacht over de wijze waarop de overheid omgaat met verschonings­gerechtigde informatie. ‘De Hoge Raad heeft bij herhaling duidelijk gemaakt dat opsporings­ambtenaren in beginsel niet inhoudelijk mogen kennisnemen van mondelinge en schriftelijke informatie die onder het verschonings­recht valt. Alleen is de praktijk weerbarstig.’ En toch is zowel de geheimhoudingsplicht als het verschonings­recht niet onbegrensd. Crince le Roy: ‘Uitzonderingen zijn aanvaard als er sprake is van zeer uitzonderlijke omstandigheden. Alleen in die situatie prevaleert het belang van de waarheidsvinding boven het belang van het beroepsgeheim.’

‘Op het moment dat je een inbreuk pleegt op het verschonings­recht ondermijn je de rechtsstaat’

Verantwoordelijkheid
‘De verant­woordelijk­heid voor de borging van het verschonings­recht begint bij de overheid. Die dient ervoor zorg te dragen dat vertrouwelijke communicatie niet bij diezelfde overheid bekend wordt,’ aldus de algemeen deken. Waar Crince le Roy nog op wil wijzen, is de eigen verant­woordelijk­heid van de advocaat. ‘Om te beginnen mag er nooit twijfel zijn over de hoedanigheid van de advocaat. Daarnaast moet een advocaat op grond van de gedrags­regels “passende maatregelen” nemen ter handhaving van de vertrouwelijkheid van de communicatie, in het bijzonder in de keuze van communicatie­middelen en de beveiliging daarvan.’ Als een advocaat dat niet doet, kan dit consequenties hebben voor de beoordeling van de eventuele schending van de geheimhouding door de opsporings­ambtenaren, heeft de Hoge Raad bepaald. Crince le Roy: ‘Kortom: ben je als advocaat onzorgvuldig, dan kan dit consequenties hebben voor de cliënt die mogelijk minder compensatie krijgt bij de beoordeling van de schending van de geheimhouding. Dat is een grote verant­woordelijk­heid.’

Jeroen 0M5A2051 260pxStuurgroep Verschonings­recht
Het thema verschonings­recht laat Crince le Roy vanaf 1 september over aan Sanne van Oers en Jeroen Soeteman, gezamenlijk de nieuwe algemeen deken. Namens de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) neemt Soeteman deel aan de Stuurgroep Verschonings­recht. Samen met onder andere de Rechtspraak, het Openbaar Ministerie, de politie en de FIOD wordt gekeken naar hoe om te gaan met verschonings­gerechtigde informatie. Soeteman: ‘De stuurgroep is het eens dat de rechter een belangrijke taak heeft. Het zou in de toekomst zo moeten zijn dat alle informatie die in beslag wordt genomen onder toezicht van een rechter wordt gefilterd. Op die manier wordt alle verschonings­gerechtigde informatie eruit gehaald. Denk aan e‑mailboxen. Wat overblijft, komt dan bij opsporing en vervolging terecht. Daar werken we met elkaar aan, maar helaas kan dat niet per direct worden geëffectueerd. Daarvoor moeten nog juridische en technische stappen worden gezet en ontbreekt het nog aan voldoende capaciteit bij de rechterlijke macht.’

 

 

2024