Snel duidelijkheid over gevolgen vertraging digitaal procederen
De Raad voor de rechtspraak (Rvdr) heeft toegezegd op korte termijn meer duidelijkheid te scheppen voor de advocatuur over de verdere voortgang van digitaal procederen. Op 10 januari jongstleden werd bekend dat de uitrol vertraging gaat oplopen.
Een nieuwe planning heeft consequenties voor de rechtspraak, maar ook voor ketenpartners. Voor de NOvA is van belang dat de vertraging in de invoering van digitaal procederen niet ten koste gaat van het goed functioneren van de rechtsketen. De NOvA gaat op korte termijn met de Rvdr in gesprek over de verdere planning.
Nu prioriteit voor civiele zaken
De invoering van digitaal procederen loopt door geldgebrek vertraging op, zo heeft de Rvdr bekendgemaakt. Wat dit betekent voor de verdere uitrol is nog niet geheel duidelijk. Wel bekend is dat:
- digitaal procederen in handelsvorderingen met verplichte procesvertegenwoordiging prioriteit krijgt en naar verwachting nog steeds (eind) dit jaar landelijk wordt ingevoerd;
- reguliere vreemdelingenzaken ‘zoveel mogelijk’ in 2018-2019 worden gedigitaliseerd;
- in november 2017 de landelijke invoering van digitaal werken in bewindszaken is gestart en dat deze doorloopt in 2018;
- de digitalisering op het terrein van het strafrecht niet wordt gefinancierd uit het KEI-budget en volgens planning doorgaat;
- de gevolgen voor de planning bij andere rechtsgebieden nog niet bekend zijn.