Achtergrond beroepsopleiding: "Kwaliteit staat voorop"
Tien jaar lang was Gerard Mols hét gezicht van de examencommissie Beroepsopleiding Advocaten. Als voorzitter was hij verantwoordelijk voor de toetsingskwaliteit, behandelde hij bezwaarschriften en hield hij hoorzittingen. Op 28 mei nam hij afscheid. “Het waren mooie jaren met veel hoogtepunten. Nu is het tijd voor ‘vers bloed in de piste’.”
De examencommissie van de Beroepsopleiding Advocaten is verantwoordelijk voor de toetsen. Het is een onafhankelijke commissie van deskundigen uit de praktijk en de wetenschap. De voorzitter vormt samen met twee andere leden het dagelijks bestuur. Zij worden ondersteund door een ambtelijk secretaris en juristen. Dankzij die hulp wist Mols zijn voorzitterschap tien jaar vol te houden. “Nou ja, volhouden? Ik vond het een hele leuke bezigheid”, zegt Mols. “Tien jaar is best wel een lange tijd, maar het ging min of meer vanzelf door de goede begeleiding van de betrokken juristen en de twee andere leden van het dagelijks bestuur. Ervaring met het onderwijs en zelfs het aansturen van een examencommissie had ik al en daarnaast ben ik ook nog eens advocaat geweest. Maar dat betekent niet dat mijn opvolger per se kennis van de advocatuur moet hebben. Interesse in de beroepsgroep is natuurlijk wel van belang. Je hoeft geen advocaat te zijn (geweest) om te snappen wat er bij de examencommissie moet gebeuren. Affiniteit met de advocatuur, het onderwijs en toetsen is belangrijk.”
Makkelijk te combineren
Mols startte in 2014 als voorzitter van de Examencommissie. Daarnaast was hij onder andere hoogleraar aan de Universiteit van Maastricht, plaatsvervangend raadsheer, Wwft-deskundige bij het notariskantoor van zijn vrouw én advocaat. Waar haalde hij de tijd vandaan? “Er staan twee á drie dagen per maand voor het voorzitterschap en dat klopt ongeveer wel. Dat is makkelijk te combineren met andere werkzaamheden. Met het advocaat zijn, ben ik al een tijdje gestopt, dus dat drukte niet meer op mijn tijd.” Het mooiste aan die dagen vond hij de hoorzittingen die hij deed met jonge advocaten. Stagiairs die het niet eens zijn met hun beoordeling kunnen een bezwaarschrift indienen waarin ze uitleggen waarom ze het niet eens zijn. Mols kreeg die op zijn bordje. Mols: “Het zijn professionals en ook nog eens beginnend advocaten. Bij twijfel over een cijfer klimmen ze in de pen. En geef ze eens ongelijk. Samen met een team juristen beoordeel je dan hun bezwaarschrift en neem je het verhoor af. Het is altijd weer interessant om hun kant van het verhaal te horen. Daar heb ik zelf ook wat van geleerd.”
‘Je vervult een belangrijke rol’
Belangrijke bijdrage nieuwe stijl
Helaas zitten er ook weleens mindere kanten aan. “Ja”, zegt Mols. “Ik heb in die tien jaar ook mensen uit de beroepsopleiding moeten verwijderen omdat ze niet voldeden aan de exameneisen. Dat zijn belangrijke beslissingen. Iemands droom valt daarmee in duigen. En toch is het belangrijk om die stap te nemen. Het gaat om de kwaliteit van jonge advocaten en de advocatuur in het algemeen. Die kwaliteit staat voorop.” Toch bestaat de tien jaar van Mols meer uit hoogtepunten dan dieptepunten. “Inmiddels is de beroepsopleiding helemaal omgegooid. Aanvankelijk waren er veel examens om de kennis die stagiairs als student op de universiteit hadden opgedaan nog eens dunnetjes over te doen. Tegenwoordig gaat het meer om vaardigheden die specifiek zijn voor de advocatuur met daarnaast veel aandacht voor ethiek. Ik ben er trots op dat wij als examencommissie een belangrijke bijdrage hebben mogen leveren aan de beroepsopleiding zoals die er nu staat”, aldus Mols. Een momentje van trots had de oud-voorzitter ook bij het uitreiken van de certificaten elk jaar: “Dat is een mooie happening, want de jonge mensen die dan voor je staan, zijn toegelaten tot de advocatuur en gaan een fijne toekomst tegemoet. In het verleden tekende ik alle certificaten persoonlijk met de pen. Daar gebruiken we nu een stempel voor.”
Interessante debatten
De nieuwe voorzitter valt volgens Mols met de neus in de boter. “Je komt te werken in een dynamische omgeving met goede juristen”, belooft Mols. “Tijdens vergaderingen heb je te maken met advocaten en hoogleraren en voer je interessante debatten over welke kant je opgaat als examencommissie. Dat is inspirerend. Daarnaast heb je als onafhankelijke commissie van de Nederlandse orde van advocaten een mooie samenwerking met de orde en voer je gesprekken met onderwijsaanbieders. Het is dus niet niets. Je vervult een belangrijke rol. Dus als je een passie hebt voor het leveren van een bijdrage aan de advocatuur in dit land, aarzel niet!” Zelf gaat Mols het werk nu niet meer missen: “Ik heb het lang gedaan. Een andere kijk op zaken is ook belangrijk. Nu is het tijd voor vers bloed in de piste.”