Wet- en regelgeving

Juridische databank

Wetgevingsadviezen


Aan de Minister voor Vreemdelingenzaken en
Integratie
Postbus 20301
2500 EH Den Haag



Den Haag, 7 februari 2003
Uw kenmerk:Ontwerpbesluit houdende wijziging Vreemdelingenbesluit 2000
Doorkiesnummer:070-335 35 13
Faxnummer:070-335 35 32
E-mail:a.vanarkel@advocatenorde.nl
Mijnheer de Minister,


In de Staatscourant van 14 januari 2003 heeft u een “Ontwerpbesluit houdende wijziging Vreemdelingenbesluit 2000” gepubliceerd. De wijziging is nodig voor de afschaffing van het driejarenbeleid. In het ontwerpbesluit is aangegeven, dat er binnen vier weken ex artikel 17 lid 2 van de Vreemdelingenwet 2000 “wensen en bedenkingen” aan de Minister ter kennis kunnen worden gebracht. Overigens blijkt uit het wetgevingsprogramma 2003 van uw Ministerie dat u terzake van deze wijziging ook advies aan de Raad van State wilt vragen.
 
De Nederlandse Orde van Advocaten maakt graag van de mogelijkheid gebruik om haar bezwaren kenbaarte maken. De Orde heeft reeds in een brief van 3 december 2002 aan de Vaste Commissie voor Justitie van de Tweede Kamer haar bezwaren tegen de afschaffing van het driejarenbeleid kenbaar gemaakt. Naar de inhoud van deze brief, die u als bijlage aantreft, wordt kortheidshalve verwezen.

Hieronder worden nog nadere bezwaren uitgewerkt aan de hand van recente ontwikkelingen.

Per 1 januari 2003 is volgens een wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000 het driejarenbeleid afgeschaft. In de Tweede Kamer is de afschaffing niet zomaar geaccepteerd. Het CDA wilde aanvankelijk dat het onderwerp controversieel werd verklaard, maar heeft daar later van afgezien. Door de val van het kabinet waarin u Minister bent en de op 22 januari jl. gehouden verkiezingen, is er politiek gezien een andere situatie ontstaan. De samenstelling van de Tweede Kamer is inmiddels grotendeels gewijzigd.
Het regeerakkoord, op basis waarvan het huidige demissionaire kabinet nog functioneert en waarin de afschaffing van het driejarenbeleid was opgenomen, zal op korte termijn vervangen worden door een nieuw regeerakkoord.





Om die redenen verzoeken wij u deze wetswijziging niet door te zetten om te voorkomen dat uw opvolger en de nieuwe Tweede Kamer, indien zij het driejarenbeleid willen handhaven, niet voor een voldongen feit worden gesteld.

Overigens moeten ook nog de in de toelichting op het ontwerpbesluit genoemde artikelen van het Vreemdelingenbesluit worden gewijzigd, te weten artikel 3.4, eerste lid, onder x, artikel 3.6 onder b, artikel, 3.61 en artikel 3.71, vijfde lid.
Voor deze artikelen is geen wettelijk verplichte “wensen en bedenkingen” procedure in de Vreemdelingenwet 2000 opgenomen.

In het algemeen overleg met de Tweede Kamer van 22 januari 2003 hebt u medegedeeld, dat nog slechts in een beperkt aantal oude zaken, die nog onder de oude wet vallen, het driejarenbeleid van toepassing is of kan gaan zijn door een rechterlijke beslissing.
Ook zei u, dat in de zaken, die onder de nieuwe wet vallen, de termijn van drie jaar over het algemeen niet wordt overschreden. Een goede reden voor uw opvolger en de Tweede Kamer om tot heroverweging over te gaan van deze voorgestelde wijziging.

De Orde verzoekt u dan ook, gezien het bovenstaande, af te zien van alle wijzigingen in het Vreemdelingenbesluit, die samenhangen met het driejarenbeleid. Uiteraard is de Orde tot nader overleg bereid.



Met de meeste hoogachting,




Mevrouw mr. E. Unger
Portefeuillehouder Asiel
van de Nederlandse Orde van Advocaten